rommel, lume, vrouw

Mijn rommel en ik heten je welkom

Marije wil graag gastvrij zijn. En dat betekent voor haar koekjes bakken, de ander in de watten leggen en een opgeruimde kamer. Maar ja, Marije is een echte sloddervos. En dat weerhoudt haar ervan om mensen uit te nodigen. Want met die rommel, ziet de ander ook haar imperfectie. En dat voelt kwetsbaar. Ze vindt troost in het verhaal van Martha en Maria: gastvrijheid gaat niet over rommel, maar juist over kwetsbaarheid.