“Maria stelt haar vertrouwen in God, zonder te twijfelen!”

Lucas 1: 28-38Β 

β€œGabriΓ«l ging haar huis binnen en zei: β€˜Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had. Maar de engel zei tegen haar: β€˜Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet hem Jezus noemen. Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. Tot in eeuwigheid zal Hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’

Β Β Β  Maria vroeg aan de engel: β€˜Hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog geen gemeenschap met een man.’ De engel antwoordde: β€˜De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw overdekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God. Luister, ook je familielid Elisabet is zwanger van een zoon, ondanks haar hoge leeftijd. Ze is nu, ook al hield men haar voor onvruchtbaar, in de zesde maand van haar zwangerschap, want voor God is niets onmogelijk.’ Maria zei: β€˜De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Daarna liet de engel haar weer alleen.”

BetrouwbaarΒ 

Er staat Maria heel wat te wachten! De engel GabriΓ«l vertelt het haar. Diezelfde engel is ook bij Zacharias geweest, om hem te vertellen dat zijn vrouw Elisabet een zoon zal krijgen. Zacharius vraagt aan de engel wie hij is, waarop GabriΓ«l zijn naam noemt. Waarschijnlijk zal deze naam Zacharius gerust hebben gesteld, omdat bekend was dat de engel GabriΓ«l in het verleden ook aan DaniΓ«l een openbaring van God had overgebracht. Dat stelde Zacharius gerust: de boodschap van GabriΓ«l was betrouwbaar.

Geen twijfelΒ 

Als de engel bij Maria komt, stelt hij zich niet voor met zijn naam, GabriΓ«l. Dat is opvallend! Maria vraagt hem ook niet naar zijn naam. Zou zij al hebben geweten wie GabriΓ«l was? Of vertrouwde zij op deze engel van God zonder enige bevestiging? Maria lijkt geen twijfels te hebben bij de betrouwbaarheid van de engel; ze vraagt β€˜hoe zal dit gebeuren?’, maar twijfelt er niet aan dat wat de engel vertelt waar is. Wat een vertrouwen… wat een geloof!

‘De Heer wil ik dienen.’

Ook twijfelt Maria niet of ze gehoorzaam zal zijn. β€˜De Heer wil ik dienen’ zegt ze. Maria stelt haar vertrouwen in God, zonder te twijfelen. Ik bewonder dit grote geloof! Want laat het duidelijk zijn; zwanger zijn voor haar huwelijk zou het imago van Maria geen goed doen… Maar hier lijkt zij zich geen zorgen over te maken.

Lucas 1: 39-55

Β Β  β€œKort daarop reisde Maria in grote haast naar het bergland, naar een stad in Juda, waar ze het huis van Zacharias binnenging en Elisabet begroette. Toen Elisabet de groet van Maria hoorde, sprong het kind op in haar schoot; ze werd vervuld van de heilige Geest en riep luid: β€˜De meest gezegende ben je van alle vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot! Wie ben ik dat de moeder van mijn Heer naar mij toe komt? Toen ik je groet hoorde, sprong het kind van vreugde op in mijn schoot. Gelukkig is zij die geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervulling zullen gaan.’

Β Β Β  Maria zei: β€˜Mijn ziel prijst en looft de Heer, mijn hart juicht om God, mijn redder: hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares. Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen, ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan, heilig is zijn naam. Barmhartig is Hij, van geslacht op geslacht, voor al wie Hem vereert. Hij toont zijn macht en de kracht van zijn arm en drijft uiteen wie zich verheven wanen, heersers stoot Hij van hun troon en wie gering is geeft Hij aanzien. Wie honger heeft overlaadt Hij met gaven, maar rijken stuurt Hij weg met lege handen. Hij trekt zich het lot aan van IsraΓ«l, zijn dienaar, zoals Hij aan onze voorouders heeft beloofd: hij herinnert zich zijn barmhartigheid jegens Abraham en zijn nageslacht, tot in eeuwigheid.’”

Vreugde!

Maria bezoekt Elisabet, en zoals je begrijpt hebben ze genoeg om over te praten! Opvallend is de vreugde van Maria, die ze uit in een prachtig loflied voor God. Maria zal het moeilijk krijgen met de taak die ze krijgt, maar ze treurt niet… Ze viert dat ze God mag dienen en ze voelt zich gezegend!

ReflectieΒ 

Wij kunnen een mooi voorbeeld nemen aan het onwankelbare geloof en de oprechte vreugde, die Maria ons laat zien. Hoera! Wij mogen onze hemelse Vader dienen!

Hoe mag jij God dienen? Heeft God een opdracht voor jouw leven? Misschien weet je het niet goed… neem het dan mee in gebed!