"In onze geloofsopvoeding zit geen lijn en geen structuur, we deinen gewoon maar een beetje mee met het ritme van ons gezinsleven..."

“Vanmorgen bij het ontbijt vroeg ik: “Jongens, als we dit weekend op de camping zitten, hoe zullen we dan eens Pinksteren gaan vieren?” waarop de jongste (8) antwoordde: “Nou, dan steek ik gewoon allebei mijn pinken in de lucht” en de oudste (11) zei: “Dan verven we gezellig de hele tent roze”. Lekker is dat. Zit je daar met je goede bedoelingen.

Een geloofsoverdracht van jewelste

Vroeger ging ik naar een gereformeerde basisschool én een gereformeerde middelbare school. Ik ging naar de kerk, zat op catechisatie en vereniging en had voornamelijk christelijke vrienden. Een geloofsoverdracht van jewelste, zou je zeggen. Toch leerde ik pas tijdens mijn studie God kennen. Hij raakte mij aan en ik sloot Hem in mijn hart.

Open

Voor onze kinderen vonden mijn man en ik het fijn als ze – al dan niet christelijke – vriendjes in de buurt zouden krijgen. Daarom kozen we voor de christelijke school in het dorp, met een open toelatingsbeleid. Ook vanuit evangeliserend oogpunt leek ons dat wel wat: je licht laten schijnen in je directe omgeving, ook aan mensen die God niet kennen.

‘Alles wat verder gaat dan Kerst en Pasen moeten wij onze kinderen zelf bijbrengen’

Op onze schouders

Nu we een paar jaar verder zijn, merk ik dat er daardoor behoorlijk veel op onze schouders terechtkomt wat betreft het overdragen van ons geloof. De kinderen horen op school wel de verhalen uit de Bijbel – ze weten dus heus wel wat Pinksteren inhoudt – en er wordt ook dagelijks gezongen en gebeden, en feest gevierd met Kerst en Pasen. Toch missen ze op school datgene wat wij belangrijk en vanzelfsprekend vinden, zoals de Bijbelboeken uit je hoofd leren, Gods grootheid in alles leren zien en voelen, biologielessen met een extra dimensie. Alles wat verder gaat dan Kerst en Pasen moeten wij onze kinderen zelf bijbrengen.

Weinig

En zo, al mijmerend over dit onderwerp, merk ik hoe weinig mijn man en ik dat eigenlijk doen. Ja, we lezen uit de Bijbel – althans, dat proberen we elke avond na het eten te doen, het gaat in flarden en fases. Bovendien is het met kinderen die op wisselende tijden sporten nogal een uitdaging om met het hele gezin aan tafel te zitten. En ja, we zingen liedjes en bidden samen. We praten over Gods prachtige schepping als we buiten zijn. We vertellen de kinderen hoe waardevol ze zijn voor hun Hemelse Vader, wat een ander ook van ze vindt, als ze verdrietig of onzeker zijn. We proberen op zondag iedereen te voorzien van een online kerkdienst die het beste bij hem of haar past: variërend van de EO Beam livestream, tot de Mozaïek kids dienst, tot de online dienst van onze eigen gemeente.

Meedeinen

Toch voelt het al met al wel een beetje als los zand. Daarom denk ik dat ‘voorleven’ het woord is dat het beste past bij ons gezin, als we het hebben over geloofsopvoeding. Er zit geen lijn in, geen structuur, en hoe we ook proberen om dat wel te creëren, we deinen gewoon maar een beetje mee met het ritme van ons gezinsleven en improviseren waar het kan. Dat voelt niet altijd goed. Maar ik weet zeker dat de Heilige Geest ons, en vooral onze kinderen, daarin leidt! Hij kent onze imperfecties en geeft ons ook daarin Zijn zegen. En is dat niet ook Pinksteren? Je overgeven aan de Heer en je laten leiden door wat de Geest je ingeeft?

Hoe draag jij jouw geloof over aan (jouw) kinderen?