"En dan ineens trakteert God mij op mijn eigen Jeremia-ervaring..."

Vanmorgen luisterde ik naar een mooie podcast over geloven. God vroeg aan Jeremia: ‘Wat zie jij?’. En Jeremia beschreef het visioen dat God hem gaf: hij zag een amandeltwijg en vervolgens een gloeiend hete kookpot. Waarna God hem vertelde wat de betekenis was, zodat híj die boodschap weer door kon geven aan het volk. Slecht nieuws moest hij brengen, maar Jeremia had geen keus. Hij ging in gehoorzaamheid, met klotsende oksels, dat weet ik zeker.

Diepzinnig

Jeremia had een duidelijke roeping, God had zijn mond letterlijk aangeraakt. Zo ervaar ik mijn leven niet. Maar ik verlang soms best naar zo’n duidelijke stem. ‘Frieda, wat zie jij?’ en dat ik dan het vogeltje beschrijf dat van de pindaketting snoept in mijn tuin. En dat God mij dan vertelt dat dat een hele diepzinnige betekenis heeft die ik hier in het dorp moet gaan verkondigen.

Oooops!? Wil ik dat echt? Dat eerste stukje lijkt me wel wat. Die stem horen! Maar om dan hier in het dorp het podium te zoeken? Stel dat ik slecht nieuws moet brengen, net zoals Jeremia? Don’t shoot the messenger! Of weet je wat, laat maar zitten… ik wil die messenger niet eens zijn. Dat laat ik dan toch liever aan die profeten over.

Ik hoef niet in het paleis te getuigen

Maar nu even eerlijk. Alsof Jeremia erop zat te wachten om tegen de leiders van het land te vertellen dat ze op het verkeerde spoor zaten. Alsof hij vol zelfvertrouwen Gods woorden doorgaf aan al die bobo’s in zijn land. Nee integendeel, hij werd verguisd, belandde in de gevangenis, sloeg op de vlucht en ging dood in een vreemd land. Wat een angst heeft hij gehad!

Moet ik in het koninklijk paleis getuigen?!

Nee, Jeremia koos hier zelf niet voor. Het was God die hem zijn taak gaf. En hij kon het doen, omdat God het overduidelijk van hem vroeg. En hem zegende met Zijn woorden en met goddelijke kracht.

Ja, dát wil ik ook. Woorden van God spreken, kracht van Hem ontvangen, Zijn licht uitdragen. Datgene doen wat Hij van míj vraagt. En dat is niet hetzelfde als wat Hij van een ander vraagt. Ik geloof niet dat ik het koninklijk paleis in hoef te stappen om van Hem te getuigen.

‘Wat zie jij?’

En dan trakteert God mij ineens op mijn eigen Jeremia-ervaring: ‘Frieda, wat zie jij?’ Mijn blik valt onmiskenbaar op mijn opengeslagen agenda.

licht, light, lume, God

"Heer, dank u voor mijn to do-list!"

En het is me in één klap glashelder. Ik mag met mijn tijd aan de slag! Ik mag licht uitdragen bij de sportwedstrijd van mijn kinderen, bij de Alphacursus waar ik meehelp, als ik met de collectebus mijn straat in ga, tijdens het schrijven van een blog, op de verjaardag van die kerkvriendin, in het bos tijdens mijn hardlooprondje…

‘Heer, dank U wel voor mijn to do-list. Mag het tijd zijn voor U? Wilt U mij gelegenheden geven om van U uit te delen?’

Jou wil ik ook uitdagen om bij deze vraag stil te staan. Wat zie jij? Laat God jou misschien ook iets zien van zijn roeping voor jou? Ligt het bij jou ook recht voor je neus? Ik lees het graag in de comments!